Noodplanoefening bij Belgoprocess en Studiecentrum voor Kernenergie

publish date
26.10.2015

Op 29 en 30 oktober 2015 wordt een oefening georganiseerd waarbij een nucleair incident wordt gesimuleerd. Daarbij zijn de sites van het Studiecentrum voor Kernenergie (SCK•CEN) en Belgoprocess in Mol en Dessel betrokken. Het doel van noodplanoefening is om de procedures, die in de nood- en interventieplannen omschreven staan, uit te testen. Op basis van de evaluaties kunnen de nood- en interventieprocedures waar nodig worden aangepast.

De oefening wordt georganiseerd in het kader van het nucleair en radiologisch noodplan voor het Belgische grondgebied. Aan de oefening nemen de federale, provinciale en gemeentelijke en federale overheden, hulpdiensten en  de uitbaters van de nucleaire installaties in Mol-Dessel deel. 

Op de eerste dag ligt de focus op de acute fase, met inzet van verschillende actoren op het terrein. Om eventuele ongerustheid te vermijden, wordt de lokale bevolking op de hoogte gebracht van de oefening. Het sirenenetwerk van Binnenlandse Zaken wordt enkel stil geactiveerd. De bedrijfssirenes van de uitbater worden effectief in werking gesteld. 

Op de tweede dag ligt de focus op de nazorg, de terugkeer naar een genormaliseerde situatie. Dit deel van de oefening verloopt in de vorm van een workshop. De meetcel en evaluatiecel blijven nog actief met het oog op het verzamelen en analyseren van radiologische gegevens. 

 

Wat oefenen?

Het zwaartepunt van de oefening ligt op de eerste dag. Daarbij ligt de nadruk vooral op de uitvoerbaarheid van de schuilmaatregel en op de informatiedoorstroming tussen de betrokken instanties op diverse niveaus. De deelnemers zullen op het ogenblik zelf verwittigd worden, om de werkelijke activatietermijnen te kunnen testen. 

Het geïntegreerd provinciaal coördinatiecomité, met vertegenwoordiging van de interventiediensten en gemeentelijke diensten, zal samen komen in het crisiscentrum te Dessel. Het federaal crisiscentrum zetelt in Brussel. 

Om de oefening zo realistisch mogelijk te laten verlopen, zullen een 90-tal studenten van het Heilig Graf Instituut uit Turnhout en de Artesis Hogeschool Antwerpen deelnemen. De studenten zullen de reactie vanuit de bevolking en de media simuleren. Dit zal onder andere gebeuren via een contact center en een afgesloten (sociale) media platform. Dit laat de overheid en de uitbater toe om haar communicatie af te stemmen op de specifieke informatiebehoeften van de gesimuleerde media en bevolking. 

Eén van de doelstellingen van de oefening is om na te gaan in welke mate de beslissingen die genomen worden door de overheid, en de informatieverstrekking die daaromtrent wordt georganiseerd, efficiënt zijn en ook daadwerkelijk kunnen opgevolgd worden door de bevolking. Hiervoor zullen een aantal vrijwilligers uit de gemeenten Mol en Dessel bijhouden waar ze op de dag van de oefening waren. Vervolgens wordt er op 16 november, tijdens een ‘klankbordgroep’, nagegaan of de gecommuniceerde beslissingen duidelijk waren en haalbaar zouden geweest zijn.

Wie doet mee aan de oefening?

De oefening wordt georganiseerd door de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken (Algemene Directie Crisiscentrum), in samenwerking met:

  • De Algemene Directie Civiele Veiligheid;

  • De federale diensten van de Gouverneur van de provincie Antwerpen Gemeenten Mol en Dessel;

  • Het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) en haar filiaal Bel V;

  • Belgoprocess en het Studiecentrum voor Kernenergie (SCK•CEN);

  • Disciplines voor hulpverlening (D1 – D5) met o.a. brandweer, medische urgentiediensten, Federale en lokale politie, Civiele Bescherming;

  • FOD Volksgezondheid en het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV);

  • Hulpcentrum 100;

  • Heilig Graf Instituut Turnhout en Artesis Hogeschool Antwerpen;

  • Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost (Nederland).

 

Testen om beter te beschermen

Deze oefening (en de noodplanning in het algemeen) heeft tot doel dat de hulpdiensten en alle potentieel betrokken diensten de doeltreffendheid van de bestaande werkprocessen en de onderlinge samenwerking in de ‘praktijk’ kunnen brengen. 

Na de oefening wordt een grondige evaluatie gemaakt van de geteste aspecten, om plannen en procedures op basis van de opgedane ervaring bij te sturen waar nodig. Zo blijven alle betrokken diensten waakzaam voor de permanente verbetering van de voorbereiding op reële incidenten. 

De eerste indrukken van de oefening zullen op het einde van de eerste dag meegedeeld worden.